Er was eens een lief klein hondje. Het lieve kleine hondje woonde in een prachtig tropisch paradijs. Een sprookjesachtig zonovergoten eiland, Curaçao genaamd. Hij leidde daar overigens geen sprookjesachtig bestaan, meer een angstig hongerig en verlaten bestaan...daar op dat eldorado eiland, het walhalla van de toeristenindustrie. Het straatleven had zijn sporen nagelaten. Ondanks de Beauty die er schuilging in het hondje, zag hij eruit als een Beast. Voor het hondje geen romantische versie van Lady en de vagebond, maar de schrikbarende werkelijkheid van een verwaarloosde straathond.
Vage hond
In sprookjes kunnen honden vaak praten, maar in het Hof van de Caribische Eden hebben honden geen stem, zeker geen vage hond als vagebond de straathond! Vagebond werd vaak weggejaagd en met steentjes bekogeld. Niet bepaald een warmhartig Bon Bini, waar het Caribische droomeiland, zo fameus om is.
Toverfee
Op een mooie zonnige dag, ontmoet het lieve kleine hondje een fee. De fee van feeder, wel te verstaan. Er zijn veel feeën op het prachtige vakantieoord, maar nog steeds vele malen te weinig. De feeën werken hard om het schamele hondenleven, om te toveren tot een waardig bestaan. De feeën zijn dan ook verantwoordelijk voor de fenomenale eend-zwaan transformatie van het magere kalende scharminkel tot een prachtig hondje. Vagebond wordt al snel hernoemt tot Sunny, vanwege zijn liefdevolle, dankbare en zonnige karakter. Een van de feeën nodigt Sunny uit in een koets en vliegt hem daarmee naar Nederland om het leven te vieren. Ze verzekert hem dat hij niet om 12 uur thuis hoeft te zijn bij zijn boze stiefmoeder, maar dat hij een 'voor altijd' liefhebbende adoptiemoeder en twee toegewijde mensenzusjes zou krijgen. Ze sprak zelfs over de betoverende beeldschone sneeuwwitte prinses die op hem wacht, in dit hemelse bestaan; Lady Lisha de Labradoodle. En zo geschiede het... Lady en de vagebond waren alsnog een feit!